Wie karig zaait…
Beschrijving
Wie karig zaait, zal karig oogsten.
Dat kan ook niet anders…
Elke boer weet dat, elke bedrijfsleider weet dat – wanneer er weinig
geïnvesteerd wordt, er ook weinig terug zal komen
En elke gelovige weet dat. Of hoort dat te weten. Blijkbaar.
Mijn moeder zaait elk jaar tomaatjes en ze plant boontjes in potten op het
terras. Het is voor haar een geslaagde zomer, als ze twee keer van haar eigen
boontjes kan eten en vier keer tomaatjes.
Het is heerlijk om kleinschalige dingetjes te doen, maar we kunnen er niet van
leven!
Wie karig zaait, zal karig oogsten, schrijft Paulus, en hij schrijft het niet aan de
boeren, want zij weten het. Nee, hij schrijft het aan gemeenteleden. Aan u en
aan mij.
Wat is het geval? Paulus stuurt blijkbaar boodschappers in het rijk rond om
geld op te halen voor de gemeente in Jeruzalem.
De collecte voor Jeruzalem is niet een klein dingetje aan de rand van het werk
van Paulus. Hij schrijft er wel vier hoofdstukken over, die wij heel graag
overslaan.
Waar komt die interesse en die ijver vandaan om de kerk van Jeruzalem te
steunen?
In het jaar 49 waren Petrus en Paulus overeengekomen dat hun wegen uiteen
zouden gaan; Petrus zou apostel voor de joden worden in Jeruzalem en Paulus
zou de wereld rondtrekken en apostel voor de niet-joden worden, maar daarbij
had hij beloofd de armen in Jeruzalem niet te vergeten. En Paulus vergeet zijn
belofte niet. Het is voor hem – zo blijkt uit de aandacht in zijn brieven – een
heel belangrijk iets.
Daarnaast zie je ook iets geestelijks; vanuit Jeruzalem werd de kerk gesticht en
de nieuwe gemeenten zijn zeer dankbaar dat de boodschap tot bij hen komt
vanuit Jeruzalem en ze willen dat ook door middel van een collecte duidelijk
maken.
Hier zie je al twee kanten van “geven”. Geven, zoals hier op het podium: om
meer gelijkheid te bekomen. De mensen die het minder hebben in onze regio,
die kunnen dan veel goedkoper aan voeding komen en wij geven iets af.
Daardoor ontstaat iets meer gelijkheid.
Maar geven heeft ook een geestelijke kant. En daar wil ik het met u de
komende weken over hebben. Hoe komt het dat we in de kerk geven en
meestal ook gul geven? Paulus schrijft over ‘ruimhartig’ geven, wat bewijst dat
het uit een gelovig hart komt. Wist je… dat het voor christenen enorm
verrijkend is om gul te geven?
‘Wie karig zaait, zal karig oogsten’, staat er, maar direct daarna: ‘wie
overvloedig zaait, zal overvloedig oogsten.’ Even belangrijk of zelfs nog
belangrijker, want daar gaat het toch over, dat we overvloedig oogsten.
Kijk maar naar de boeren hoe ze zich elke dag inzetten voor een grote oogst en
elke dag nauwkeurig het weer opvolgen, in de hoop op overvloed en
kwaliteitsvolle vruchten.
Maar het lijkt misschien raar om dat toe te passen op het geven van geld… Hoe
kun je nu overvloedig zaaien, geven, en tegelijk overvloedig oogsten…
Donderdagavond hadden we weer een gezegende en geïnspireerde avond rond
gebed en leren loslaten en iemand zei: het is heel gek. Je hebt alles nodig tot op
het moment dat dat alles jou wordt afgepakt. Op dat moment doet het heel erg
pijn om te moeten loslaten, maar als je daaroverheen groeit, dan besef je dat je
als mens enorm vrij bent geworden. Het moet niet meer. Ik moet geen groot
huis meer, ik moet geen auto meer. Het was zo’n mooi getuigenis en het raakt
aan de kern van geven. Want met geven is het net zo. Geven is moeilijk, tot je
het doet. Het is ongelofelijk hoe vrij je wordt, wanneer je geeft.
Paulus schrijft dan ook over mensen die BLIJmoedig geven! Niet geven van
‘allé, wat heb ik hier nog aan kleine centjes die ik niet acht…’ Nee, ik geef hier
kwaliteit fruit aan iemand die anders weinig vitamines binnenkrijgt. Niet ik geef
een keer een aalmoes, dan is mijn hart gerustgesteld, maar : ik geef elke
maand, graag, ik ondersteun en blijf ondersteunen. Want dan wordt er iets
opgebouwd.
Laat ieder zo veel geven als hij zelf besloten heeft, zonder tegenzin of dwang,
schrijft Paulus en dan komt het cadeautje : want God heeft lief wie blijmoedig
geeft.
God heeft lief wie blijmoedig geeft.
En als God jou liefheeft… hou je dan vast aan de takken van de bomen, want
hij is een Vader die alleen het béste aan zijn kinderen geeft. Luister naar het
vervolg van onze tekst:
God heeft de macht u te overstelpen met al zijn gaven, zodat u altijd en in alle
opzichten voldoende voor uzelf hebt en ook nog ruimschoots kunt bijdragen
aan allerlei goed werk.
Onze Vader in de hemel wil ons OVERSTELPEN met al zijn gaven en Hij is
eigenaar van de Schepping, Hij hééft nogal gaven uit te delen! Hij zal ervoor
zorgen dat je altijd meer dan voldoende voor jezelf hebt en ook nog
RUIMSCHOOTS kunt bijdragen aan allerlei goed werk.
- We zien hier in deze tekst ook de twee grote doelen waarvoor in de kerk
gegeven wordt: de kerk zelf, de kosten van het gebouw, vergoedingen
voor voorgangers en dergelijke. Dat is bij ons het bordje van de vzw/
kerkgemeente. En daarnaast allerlei goed werk. Dat heet bij ons
diaconie/ of we noemen de doelen bij naam.
- En waarom geven we?
Het is God die ons wil overstelpen met zijn gaven. Dat God Schepper is en
Gever van het leven, dat belijden we met onze mond. Maar sta je er ook bij stil
dat het brood dat je eet uit Zijn hand komt, de grond waarop je woning staat,
Zijn land is, het werk dat je doet, de sport die je uitoefent, dat je dat kunt
doordat Hij jou met Zijn gaven overstelpt?
De Oogstdienst van vandaag heet voluit: Dankdienst voor de oogst!
Wanneer je voor de maaltijd bidt, dan smaakt je eten veel beter, omdat je ook
de liefde van de Schepper voor jou op je bord legt! – ook dat kwam uit de
gebedsgroep donderdag.
Om nog even terug te komen op de tekst: zodat u altijd en in alle opzichten
voldoende voor uzelf hebt en ook nog ruimschoots kunt bijdragen aan allerlei
goed werk. Daarbij wil ik zelf ook een ervaring toevoegen. Ooit las ik in een
boek: in het oude testament gaven mensen een tiende van hun oogst aan de
tempel.
Dat is het Oude Testament, wij vallen niet meer onder die wet.
Maar wie houdt je tegen om het uit te proberen en te kijken of je echt minder
zult hebben door zoveel te geven? Ik ben toen de uitdaging aangegaan om een
tiende van mijn inkomen te geven aan kerk en goede werken en ik kan niet
anders dan beamen wat Paulus schrijft: als je voldoende geeft, zorgt God
ervoor dat je niet tekort komt en nog meer dan dat: je kunt nog ruimschoots
aan goede werken geven. En daarnaast merk je hoe je loskomt van geld en van
“moeten hebben”. Je leert vertrouwen op God in plaats van op een spaarpotje
voor als… en nog een extra spaarpotje voor als je dat eerste spaarpotje zou
moeten aanspreken… Want geld betekent nogal wat voor ons! Geven is een
hele mooie gave van God! Geven is een grote rijkdom.
Paulus draagt nog andere elementen aan.
Hij citeert uit psalm 112:9
Gul deelt hij uit aan de armen, zijn rechtvaardigheid houdt stand voor altijd.
Het gaat over de rechtvaardige.
De rechtvaardige – wij zijn dat! Wij zijn gerechtvaardigd in Jezus Christus! – de
rechtvaardige deelt gul uit aan de armen (geen aalmoes) en zijn
rechtvaardigheid houdt stand voor altijd.
Zo werkt God. Christus is ons hoofd, stuurt aan. Wij zijn het lichaam. Wij voeren
uit. Wij voeden de armen, wij voeden de rechtvaardigheid. Zo wil God werken,
met Zijn Geest in ons wil Hij door ons heen werken. God heeft onze handen en
voeten en vooral onze wil nodig!
En als wij daaraan gehoorzamen met heel onze wil en elk naar zijn vermogen
(want dat staat er ook!), dan gebeuren er werkelijk grootste dingen. In de kerk
en ook in de wereld rondom ons.
Paulus blijft in zijn beschrijving van geld als zaad. Geld kun je zaaien (zaai het
wel in goede grond, steek het in aandelen van Gods koninkrijk!). We lezen:
God, die zaad geeft om te zaaien en brood om te eten, zal ook u zaad geven en
het laten ontkiemen, zodat uw vrijgevigheid een rijke oogst opbrengt.
Dat is toch prachtig! En het is ook zo. Regelmatig hebben wij een collecte voor
het project New Generation Brazil van Samuel van de Raa. Hij komt soms ook
naar hier. Ze zijn heel klein begonnen met één huisje voor de opvang van
kansarme jongeren. Zes jaar later staan er vijf huizen en zitten er jonge mensen
in de leiding die ooit als kansarm kind werden opgevangen! Hoe rijk zegent God
de oogst!
En dat is dan alleen nog maar met mensenogen gezien.
Want Gods ogen zien nog iets anders. Paulus spreekt daar ook over: U bent in
ieder opzicht rijk geworden om in alles vrijgevig te kunnen zijn, en uw
vrijgevigheid leidt door onze bemiddeling tot dankzegging aan God. Uw
bijdrage aan de collecte heft immers niet alleen het gebrek van de heiligen in
Jeruzalem op, maar leidt er bovendien toe dat ze God uitbundig danken.
Waar een gift wordt gegeven, daar wordt God gedankt.
Op twee manieren schrijft Paulus:
- Er wordt gedankt omdat de mensen die ontvangen, verder kunnen
- En er wordt gedankt omdat de mensen die geven gehoorzaam zijn aan
God, want dat is wat God van ons vraagt.
Jezus zal zeggen: geef en u zal gegeven worden. Geef! Dat is een gebod.
Maar blijkbaar is het een gebod dat rijkdom met zich meebrengt – je hebt niet
tekort als je geeft. Het is een gebod dat blijdschap met zich meebrengt, dat veel
dankbaarheid teweeg brengt en het is een investering, een groei van Gods
Koninkrijk en de gerechtigheid en liefde die daarbij hoort. Het is een gebod dat
ons vrij maakt van de slavernij van ons geld, waar we veel te veel mee bezig
zijn, die ons vrij maakt van onszelf: ‘maar ik heb het toch verdiend’ – en wie
heeft ervoor gezorgd dat je kon werken…
Wie geeft, kan met David zeggen: De Heer is mijn herder, het ontbreekt mij aan
niets. Ik heb werkelijk al wat mijn hartje lust.
En dat is Gods wil voor ons. Vandaar zijn gebod. Hij is een goede Vader, een die
ons ontzettend graag ziet en die al zijn zegen over ons wil uitstorten. Open je
hart!
Details
- Datum: 8 oktober 2023
- Onderwerp: geven, oogsten, zaaien
- Predikant: Katelijne Depoortere
- Books: 1 Korinthiërs, Psalmen
- Serie: Omgaan met elkaar
- Bijbeltekst: Psalmen 23,2 Korinthiërs 9: 6-15
- Service Type: Zondag dienst